Het onderzoek bestond uit twee delen. Enerzijds werd gekeken naar mechanismen van paranoïde wanen, inclusief de ecologische validiteit van virtuele sociale omgevingen voor het uitlokken van paranoïde gedachten en gedrag, en de veiligheid van gebruik omtrent het optreden van cybersickness. Anderzijds werd er een klinisch onderzoek uitgevoerd naar de effecten van in virtual reality gebaseerde cognitieve gedragstherapie voor paranoïde wanen en sociaal functioneren.
Pot-Kolder concludeert dat virtual reality goed bruikbaar is voor wetenschappelijk onderzoek naar sociale mechanismen. Daarnaast blijkt een behandeling in een virtual reality sociale omgeving te helpen in het dagelijks leven van mensen met psychoses die last hebben van angst en achterdocht. Cybersickness bij het gebruik van virtual reality blijft een nadeel, maar het lijkt wel verband te hebben met de symptomen die optreden bij angst. De verwachting is daarom dat als de angst gedurende een virtual reality-therapie afneemt, de gerapporteerde cybersickness-symptomen ook dalen.
Bron: website VU Amsterdam
Download proefschrift